3 zinnen die de kern van chronische slapeloosheid raken (om over na te denken…)

“Wat een prachtig vormgegeven boek. Ik kan nu al voorspellen dat dit een klassiek naslagwerk voor mij en vele anderen gaat worden. Ben zeer onder de indruk. En de informatie en trainingen zijn nog eens mooi in beeld gebracht. Zeer goede adviezen en achtergrondinfo.

Een knappe prestatie waar vele zich aan kunnen optrekken, dank je wel voor je inzet en goede werk. Met jarenlange ervaringen met andere ‘experts’ kan ik tegen iedereen zeggen, niet twijfelen maar aanschaffen, je zult er geen spijt van hebben! Dit boek wil je hebben.”

Als je meer dan een jaar lang je ziel en zaligheid in het schrijven van een boek hebt gestopt, ben je logischerwijs razend benieuwd naar de eerste reacties. Dit bericht van ‘proeflezer’ Jan kwam – in positieve zin – dan ook stevig bij mij binnen. 

Toch zijn de mooie woorden van Jan indirect ook waardering voor de (internationale) slaapdeskundigen, wiens kennis en inzichten ik in mijn boek heb verwerkt. Uiteraard netjes met bronvermelding.

En dat is precies waar dit bericht over gaat. Dit citaat van slaap- en ervaringsdeskundige Sasha Stephens – dat in het boek (Chronische slapeloosheid: versla het ‘monster’) verder wordt toegelicht – is er een om vandaag wat langer over na te denken. Ze raakt hiermee de essentie van (het blijven bestaan) van chronische slapeloosheid: 

“Er kunnen verbeteringen qua slaap optreden, maar tenzij je de ‘slapeloze identiteit’ verandert, verlaat het probleem je nooit echt. Het ligt nog steeds ergens op de loer, verstopt in het achterhoofd. Het is een beetje als een zeurende stem die zegt: “Dit is wel weer even genoeg, je kunt niet beter worden dan dit. Je bent een slechte slaper, weet je nog?”